Visie
Voor een goede voetballer is een uitstekende balbehandeling
onmisbaar. Vroeger was het straatvoetbal de kweekvijver voor
voetballers. Ze leerden er spelenderwijs een winnaarsmentaliteit en
allerlei basistechnieken. Tegenwoordig voetballen kinderen echter weinig meer
op straat.
Je ziet daarnaast in het spel vaak dat kinderen niet meer mogen dribbelen met de bal, maar dat de nadruk ligt op het overspelen.
´Baas over de bal´ traint met een gerichte aanpak de technische vaardigheden. Wij stimuleren juist het dribbelen, want wij vinden dat de kindertijd het moment is om het dribbelvermogen te ontwikkelen. Dat is op latere leeftijd veel moeilijker. Het aanleren van passen en trappen kan altijd nog. Daarnaast wordt creativiteit op het veld bevorderd en gestimuleerd. Dit kan alleen als de speler de basistechnieken en bewegingen onder controle heeft. Juist in de leeftijdscategorie van 7 tot 13 jaar leren kinderen het snelst. Dit is dus de belangrijkste leerfase! In relatief korte tijd kunnen ze veel leren. Als de wil van de speler er is, kan het rendement optimaal zijn. Gericht trainen op techniek, balgevoel en coördinatie zorgen voor een hogere snelheid van handelen en geeft daardoor meer zelfvertrouwen. Die winst is juist op deze leeftijd te halen.
´Baas over de bal´ besteedt veel aandacht aan de visie van Wiel Coerver (techniektraining) met het doel kinderen technisch beter te maken. Bij de visie van Wiel Coerver gaat het om de persoonsontwikkeling van spelers. Spelers kunnen door de techniek goed te beheersen en bewegingen goed uit te voeren zich dermate zelfverzekerd voelen. Tevens kunnen zij zich hierdoor in het veld voetballend onderscheiden van medespelers en tegenstanders.
Door het uitvoeren van oefeningen tijdens onze trainingen is het de bedoeling dat de pupil leert de baas over de bal te worden. Zelf zullen de spelers hieraan ook moeten werken door dagelijks de bewegingen te oefenen. Schijn- en passeerbewegingen zijn heel goed aan te leren zonder weerstand van een tegenstander. Deze bewegingen kunnen thuis elke dag 10 minuten worden geoefend. In een later stadium worden hier de weerstanden van ruimte en tegenstanders aan toegevoegd. Door veel te oefenen hoeft een pupil na verloop van tijd niet meer naar de bal te kijken, maar kijkt hij of zij tijdens een wedstrijd over de bal heen. Ook worden de (schijn- en passeer)bewegingen door het vele oefenen vanzelfsprekend, de speler wordt baas over de bal.
De
oefenstof zal steeds worden uitgebreid. Het belangrijkste is dat het kind de
vaardigheden leert toepassen in de partijspelen. De voetbalschool zal de
oefenstof aanpassen aan de leeftijd van de kinderen.